Totaal aantal pageviews

vrijdag 20 december 2013

Banco Zalalmawel

Door het gestuntel van Bankia zijn we anderhalf jaar geleden overgestapt naar Sabadell. Goeie bank, iedereen spreekt Engels en in het filiaal in Benissa waar wij klant werden, werkte zelfs een Nederlands sprekende bankbediende, Stefan Uyttenhove. Alles leek perfect, zeker na het demasqué van Bancaja nadat ze opgingen in Bankia. Inmiddels is Stefan vertrokken. Kan gebeuren. Niet erg, want we kwamen er toch nooit. Vervolgens wordt het hele filiaal opgedoekt. Ook niet erg, want we kwamen er toch nooit. Maar dan komt het. In elk (IBAN/BIC) rekeningnummer heeft Sabadell een filiaalcode opgenomen. Ergo, als het filiaal vervalt, vervalt ook je rekeningnummer! Deze week lag de melding van Sabadell in onze postbus, gedateerd 22 november! In steenkool Engels wordt ons het volgende toegevoegd aan de kennisgeving.
[quote]
IMPORTANT: This change only affects any direct debits or credits processed after next 16/12/2013, for which you will need to give your New Account number. As regards your current bills and other direct operations you need do nothing as they will be processed as they have to date.
[unquote]
Tja, wat gaat er nu dus gebeuren met al die verzekeringspremies die rond de jaarwisseling automatisch worden geïncasseerd? Je mag verwachten, dat Sabadell ervoor zorgt dat al die incasso-opdrachten automatisch van de nieuwe rekening afgaan en dat de crediteur wordt geïnformeerd over de wijziging. Maar er staat toch ook dat I will need to give the new account number vanaf 16 december!?
De proef op de som komt als onze autoverzekeraar een sms-je stuurt dat ze op 19 december de premie voor 2014 gaan incasseren. Vanmorgen, de 20ste, was dit echter nog niet gebeurd. Great! Kan ik al die gasten zelf soms gaan informeren!? Zitten we straks in donker omdat Iberdrola [de lokale stroomboer] de rekening niet kan afschrijven!?
Ik tijg naar het ons toegewezen filiaal in Benissa. De baliemedewerkster spreekt geen Engels. Ook goed. Ik vraag hoe ik die zin op de kennisgeving moet duiden.
"Nee, u hoeft niets te doen, alles gaat automatisch!".
Dan vertel ik over de autoverzekering. Ze duikt haar systeem in en ik zie haar wenkbrauwen langzaam maar zeker richting haargrens gaan. Ze raadpleegt een collega elders. Achter mij kreunt en zucht een aanzwellende rij. Na vijf minuten wordt ik uitgenodigd bij het hoger echelon, dat inmiddels het hoofdkantoor aan de telefoon heeft. Ik besluit het gesprek op te nemen.
Na opgehangen te hebben, wordt mij andermaal verzekerd dat alles voor elkaar is en ik zelf niets hoef te doen. In het Engels graag, probeer ik. Lo siento. Een verontschuldigende glimlach, waaruit geen enkele verontschuldiging spreekt.
"Okay, dan heb ik nog een vraag. Sinds de overgang naar het nieuwe rekeningnummer kan ik niet verder terugkijken dan één maand. En voor papieren bankafschriftjes heb ik al jaren geleden bedankt".
De opperklerk veert op; eindelijk kan ze die ouwe zeikerd een lesje leren. Ze logt in en klikt de links die ik thuis al lang heb uitgeprobeerd. Er verschijnt een scherm met transacties. Tatáááh!!! zegt de blik. Ik moet haar opnieuw teleurstellen. Dit is slechts één maand! Ik wil gewoon minstens een jaar terug kunnen kijken. Dit gaat er moeilijk in bij mevrouw. U wilt verder terugkijken dan een maand?? Wat een mafkees, lees ik in haar ogen.
"Maar u kunt mij in ieder geval wel een print-out geven van het afgelopen jaar?", vraag ik.
Ja dat kan ze. Ze verdwijnt uit het oog en komt een paar minuten later terug met een stapeltje papier.
"Dus ik hoef me geen zorgen te maken over de domiciliaciones (incasso's)?", eindig ik het gesprek.
"Nee, alles wordt volledig automatisch voor u geregeld".
Ik kan het nauwelijk geloven, but we'll keep it in the gates! Ik lees de eerste zin nog eens van de aankondiging: In order to offer you a superior service, we are reorganising our branch network.......


zaterdag 16 november 2013

Zomer-, herfst- en wintergevoel in zes dagen

Zicht vanaf ons huis op Alcalalí en Parcent met de besneeuwde sierra (16 nov, 11:00 u)
Het kan snel gaan met het weer. Deze week was het ongetwijfeld smullen voor meteorologen. Maandag nog volop zon en een middagtemperatuur van 23º. Ik heb nog gezwommen. Nu is de houtkachel aan want buiten is het nog maar 10º en de sneeuwgrens ligt rond de 1100 meter. 
Alcalalí (door het raam van onze naya)
Dat betekent met de enorme hoeveelheid regen van vannacht (60 mm) dat de bergtoppen in het binnenland de neerslag in de vorm van sneeuw hebben ontvangen. Niet uitzonderlijk maar wel vroeg in het jaar. De nacht ervoor had het ook flink geregend (45 mm) dus de watervoorraden zijn weer lekker aangevuld. Omdat er een mooie zonnige vrijdag tussen beide regenperiodes zat, krijgt het water de kans in de bodem te zakken. Bij een aaneengesloten regenperiode stroomt het overtollige water al snel via de barrancos af naar zee. Zonde van dat kostbare water al is die kolkende Rio Jalon, die beneden ons huis langs stroomt altijd spectaculair om te zien. 
Afgelopen donderdag hebben we nog even van het zonnige weer gebruikt gemaakt om wat herfstkleuren op te zoeken. Hoewel er hier weinig loofbomen staan, zorgen de kersenbomen in de Vall de Gallinera en Vall de Alcalá voor een mooi schouwspel, vooral bij een laagstaande zon tegen. 
Zo beleefden we dus binnen enkele dagen de overgang van de zomer, via de herfst naar de winter.
Kersenbomen in de Vall de Gallinera (CV-700)
Castell de Castells rond 13:00 u
Zelfs de naam roept al associaties op......
We waren niet de enigen.....
Sneeuwpret




zondag 10 november 2013

Golden Earring

Irene Torres Ivars met gave oorlelletjes
Dit is Irene. Ze is de dochter van kennissen uit Benissa. Op de foto is ze nog puntgaaf, maar korte tijd later moesten wij constateren, dat de eerste piercings al waren aangebracht. Piercings? Ja, Irene had in beide oorlelletjes een gouden knopje. Belachelijk toch, bij zo'n klein guppie?! Totdat ik van de week een column las in het NRC van hun Spaanse correspondent, Merijn de Waal. Het verklaart een hoop....

<quote>
Wie graag hoort dat zijn kind mooi, knap of schattig is, moet vooral naar Spanje komen. Neem je baby mee uit wandelen en voordat je de straat uit bent, hangt een voorbijganger boven de kinderwagen: „Ay, qué bonito/guapo/mono” Wij hebben er allang vrede mee dat de vreemde – meestal gepensioneerde en vrouwelijke – bewonderaars in de wangen van onze dochter knijpen. De persoonlijke levenssfeer is in Spanje krapper dan in het koude noorden. En van kinderen wordt collectief genoten. Stap met jonge kinderen een restaurant binnen en de ober trekt niet, zoals in Nederland, een lang gezicht. Hij sprint weg om plek te maken voor de buggy en een kinderstoel te pakken.
Waaraan we in dit kinderparadijs minder makkelijk wennen is dat onze dochter consequent voor jongetje wordt aangezien. Het Spaans is een verraderlijke taal. Het bijvoeglijk naamwoord voegt zich naar het geslacht van het zelfstandig naamwoord. Je kan dus niet neutraal zeggen: ah, wat een knappe baby. Een jongetje is guapo, meisje guapa.
Onze dochter heeft niet veel roze kleren. Maar zelfs als we die haar allemaal aantrekken, inclusief zilveren ballerina’s, gaat het nog mis. De oorzaak: ze draagt nog steeds geen oorbellen. Terwijl ze al vier maanden oud is.
Nu Spanjaarden kleinere gezinnen vormen, staan kinderen op een hoger voetstuk. Kinderwagens zijn gepimpt met linten, strikken, met kant aangezette dekentjes en een luiertas met de eigen naam. Zeker op zondagen gaan ze gekleed als negentiende-eeuwse porseleinen poppen: in truttige ribfluwelen korte broekjes met daaronder lakschoentjes en kniekousjes. De ouders kunnen gewoon in spijkerbroek en gympen rondlopen. Het kind is prinsje en accessoire tegelijk.
Spanje heeft een inhaalslag gemaakt in het gelijkstellen van man en vrouw. Maar een meisje zonder oorbellen blijft een zeldzaamheid. In de klas van ons vierjarige zoontje dragen alle meisjes ze. En mijn vrouw werd in het warenhuis laatst door drie oudere dames vermanend toegesproken. Toen ze uitlegde dat er een niña en geen niño in de wagen lag, trok een van de vrouwen demonstratief aan haar eigen oor. „De oorbellen ontbreken.”
Soms leggen we uit dat babyoorbellen in Nederland minder universeel zijn. Zo voltrok zich dit voorjaar een relletje rond Samantha de Jong, alias Barbie. De Scheveningse tv-bekendheid, die doorbrak in ‘Oh, oh Cherso’, verscheen op de buis met haar zeven maanden Angelina, die twee gouden oorknopjes droeg. De reacties op Twitter waren niet mals: ‘Bureau jeugdzorg!’, ‘ordinair’ en ‘kindermishan-deling!’.
In Spanje wordt precies andersom geredeneerd, vertellen vrienden. Juist de gaatjes vroeg zetten bespaart onnodig leed. Want: op jonge leeftijd zijn kinderen de pijn zo weer vergeten. Ook zouden jonge oorlellen minder kraakbeen hebben. Op de kraamafdeling van ziekenhuizen wordt aangeboden de gaatjes daags na de bevalling te schieten. Wie iets langer wil wachten, kan in de eerste weken en maanden zonder problemen terecht bij juweliers en apothekers.
Ook in Nederland zijn babyoorbellen niet verboden (de oorlel is als enig lichaamsdeel uitgezonderd van het wettelijk piercingverbod voor kinderen onder de 12). Een kleine speurtocht op internet leert dat consultatiebureaus ze evenmin afraden. Ze benadrukken vooral dat de ingreep hygiënisch moet gebeuren. Toch hanteren veel Nederlandse juweliers, vooral buiten de Randstad, een minimumleeftijd, oplopend tot wel zes jaar.
De kwestie blijkt daarmee vooral te draaien om smaak en sociale codes, niet om medische overwegingen. Waarmee het de vraag is of we op dit punt moeten toegeven aan de normen van onze nieuwe thuisland. Mét oorbellen zou onze dochter nooit meer voor jongetje aangezien worden. Maar wij blijven het voorlopig iets vinden waarvoor ook een prinses zelf moet kunnen kiezen.
<unquote>


Dit artikel is verschenen in het NRC Handelsblad van woensdag 6 november 2013 op pagina 15

zondag 3 november 2013

Cocentaina (Fería de Tots Sants)

Cocentaina, Plaça el Mercat. Zie maar eens een tafeltje te vinden rond lunchtijd....

Gisteren, zaterdag, was ik voor de tweede keer in Cocentaina op de jaarlijkse feria, de grootste jaarmarkt in de verre omgeving, die altijd rond het weekend van Allerheiligen (Tots Sants) wordt gehouden. Een bezoek aan deze jaarmarkt, die zo'n half miljoen mensen trekt in 3 dagen, is zeer de moeite waard. En als ik, lijdend aan chronische rastritis (rastro-moeheid), durf te zeggen, dat het  fantastisch is geweest, moet het voor de échte rastrofari haast wel het walhalla zijn. Alleen de rit erheen is al een belevenis als je tenminste binnendoor rijdt langs plaatsjes als Castell de Castells, Benimasot en Millena. Ben je niet van de slingerwegen, dan rijd je via Gandia en Xativa het kortst over meerendeels snelwegen naar Cocentaina.
Nog nooit een Bald Eagle van zo dichtbij gezien.
 Parkeren lijkt een probleem als je bedenkt dat Cocentaina met krap 12.000 inwoners elke beursdag zoveel bezoekers over de vloer krijgt. Overal zijn provisorische parkeerplaatsen ingericht en de 700 vrijwilligers slagen er redelijk goed in de zaken in goede banen te leiden. Het beursterrein omvat de pittoreske binnenstad van Cocentaina met een oud kasteel en de karakteristieke basiliek als decorumen en beslaat ruim 10 ha, onderverdeeld in een middeleeuwse markt, een arabische markt, een joods kwartier, een industriële beurs (auto's, landbouwwerktuigen, kachels, pizzaovens, solartechniek, etc), een paardenmarkt (zondags), een kinderkermis en heel veel stalletjes met etenswaren, zowel om mee te nemen als om ter plekke te consumeren. Het indrukwekkendste vonden we de Arabische markt en het Joods kwartier (broederlijk naast elkaar) omdat de oude binnenstad van Cocentaina daarvoor een ideaal decor vormt. Je waant je werkelijk ergens in oud Jeruzalem.
Thee drinken of couscous eten in 'Arabische wijk'
Op het Plaça El Mercat is een enorme eettent neergezet met allerlei Kebab- en aanverwante kraampjes erom heen. Voor het varken aan het spit heeft noch de Arabische noch de Joodse wijk de verantwoordelijkheid opgeëist, maar dat mocht de eetlust niet drukken. Denk niet dat je écht goedkoop uit bent als je erbij wilt gaan zitten, want de uitbaters proberen naar hartenlust munt uit deze publiekstrekker te slaan en geef ze eens ongelijk. Maarje kunt ook gewoon links en rechts een kebab, spareribs of portie calamar ophalen tegen normale prijzen en dat dan ergens op een muurtje verorberen met wijn, bier of frisdrank dat ook overal te koop is. Dat is wel de voordeligste manier om de honger te stillen.
Toch nog een tafel gevonden met v.l.n.r. Marijke en Bob,
Ben en Marise en Gilbert en Irene (niet zichtbaar)

donderdag 17 oktober 2013

Bernia

Uitzicht op zee vanaf de weg naar Pinos (Bernia) met de Peñon d'Ifach, de rots van Calpe en de Sierra Olta.
Iedereen, die weet hoe we wonen, vraagt zich verbijsterd af, waarom wij daar in hemelsnaam weg willen. En dan nog wel naar een flat in Valencia?! Welnu, zoals ik al eerder probeerde uit te leggen is het geen kwestie van weg wíllen. Het heeft veeleer te maken met vooruitkijken. Ooit zullen we deze prachtige stek toch moeten verlaten en het ligt niet in onze aard om de kop in het zand te steken en daar niet tijdig op te anticiperen. Misschien zijn we daarin wel erg tijdig, maar het realiseren van toekomstplannen is meestal een kwestie van jaren.
Zeker wel drie auto's gezien onderweg...!
En als het dan toch moet, dan liever te vroeg dan te laat. We gaan er van uit, dat we niet weg zijn voor 2016 en dat zouden we allerminst betreuren. En gebeurt het wel eerder, dan zien we dan wel weer. Onze Duitse buren waren al bezig met de verkoop van hun huis, toen wij hier in 2007 kwamen wonen. Begin deze maand zijn ze teruggekeerd naar 'die Heimat', nadat hun huis eindelijk was verkocht. De ontwikkelingen op de huizenmarkt in Spanje lijken te wijzen op enig herstel, zoals blijkt uit een artikel in  El Confidencial, waarvan ik hierbij een resumé geef. (de foto's heb ik gisteren genomen tijdens mijn fietstochtje over de Bernia,vanaf Benissa, via Pinos naar Jalon).
Eindelijk boven! Uitblazen met zicht op de Sierra Bernia

Spanje zit weer in de lift bij buitenlandse huizenkopers. De cijfers spreken voor zich: in het 2e kwartaal van dit jaar werd 18% van de verkochte woningen in Spanje gekocht door buitenlanders (80.800 transacties, waarvan ongeveer 14.600 buitenlandse kopers, volgens bronnen van de Bond van Notarissen). Er zijn verschillende redenen om naar Spanje te verhuizen:

1. De sterke prijscorrectie naar beneden.
Gemiddeld zijn de prijzen van huizen in Spanje gedaald met meer dan 30% . Aan de Costas, waar een hoge concentratie onverkocht vastgoed, met name appartementencomplexen, is de correctie is veel hoger geweest. De prijzen aan de Middellandse Zeekust zijn soms wel met 50% gedaald. Volgens Carlos Smerdou van makelaardij Foro Consultores,"hebben we in de afgelopen maanden de vraag naar huizen zien verdubbelen." 
"In het afgelopen jaar is er een opmerkelijke toename van transacties van buitenlandse kopers", bevestigt Jose Martinez, makelaar van Max Inmomas in Elche (Alicante), "Ongeveer 70% van de gesloten verkopen zijn Spaanse klanten, maar het percentage van niet-ingezetenen is zeer hoog. 
2. Politieke stabiliteit.
De onrust in Noordafrikaanse landen ten gevolge van de Arabische 'lente' hebben voor Spanje als toeristische bestemming positief uitgewerkt, maar ook bij huizenkopers. "Beleggers keken een paar jaar geleden naar Egypte en Tunesië en vergaten daarbij Spanje," zegt Carlos Smerdou .
3. Verblijfsvergunning. 
Om van buiten de EU resident in Spanje te worden, is een minimale investering van € 500.000 in vastgoed vereist, hetgeen "de explosie van aankopen door buitenlands van buiten de EU voor een deel zou kunnen verklaren. Het kan van alles zijn. Buitenlanders op zoek naar een huis omdat ze met pensioen gaan, als een investering, om het weekend door te brengen en anderen om die EU-residentie," zegt Jose Martinez.

Buitenlanders die kopen in Spanje hebben doorgaans voldoende middelen. "Velen betalen zelfs contant, anderen hebben genoeg aan een financiering van 50%," legt Carlos Smerdou uit. Ze komen uit de hele wereld . Een huis aan de kust in Spanje is uitgegroeid tot een zoete droom voor kopers uit alle delen van de wereld. Uit de meest recente gegevens van de Bond van Notarissen hebben de meeste kopers de Duitse, Belgische, Chinese, Colombiaanse, Franse, Marokkaanse of Russische nationaliteit, waarbij in de afgelopen maanden met name bij de Fransen en Belgen de aankoop van huizen in het tweede kwartaal met 70% is gestegen.
De kuststreek heeft het grootste deel van de transacties voor zijn rekening genomen omdat daar het grootste aanbod van vakantiewoningen is. De toename van transacties per provincie in procenten gedurende het tweede kwartaal ziet er als volgt uit:

  • Murcia 42,9% (Costa Cálida)
  • Andalusië 37% (Costa del Sol)
  • Valencia 31,5 % (Costa Blanca)
  • Asturias 25,6%
  • Canarische Eilanden 21,8%
  • Catalonië 20,9%
  • Cantabria16% 

woensdag 18 september 2013

Valencia

Plaza de la Reina (klik om foto te vergroten)
We hadden de auto geparkeerd in Manises, het stadje vlakbij het vliegveld, en waren met de metro naar de binnenstad gereden. Een retourtje voor twee personen kost € 8,40. Met een tien-ritten abonnement is het de helft. Voor de volgende keer dus. Een ideaal transportmiddel, zo'n metro. Moderne treinstellen met airconditioning. Duidelijke digitale borden op de perrons met vertrektijden en bestemming. Perfect.
Estacio del Norte (metrostation Xativa)
Loketten op Estacio del Norte
Om een uur of zeven 's avonds stapten we uit op station Xativa, midden in het centrum. Het metrostation komt uit in het prachtige Estacion del Norte, het Renfe treinstation waar vandaan de treinen vertrekken naar verre bestemmingen. Het station is op zich al een bezoek waard met de donker houten lambrizeringen en de betegelde plafonds. Heel veel studenten kwamen aan; de volgende dag begonnen de hogere scholen en universiteiten weer. Het was weer gezellig druk in Valencia. Veel Nederlanders. We zaten op een terras van een tapasrestaurant op Plaza de la Reina en rondom ons heen alleen maar Nederlanders. Het leek wel afgesproken werk.  Het schijnt dat Transavia nogal wat reclame heeft gemaakt voor een stedentrip naar Valencia en dat had zijn uitwerking niet gemist. Er is altijd wel wat bijzonders te zien op straat, zoals een net getrouwd stelletje dat bezig is met een fotoshoot of een stel in originele Valenciaanse klederdracht, dat zich met plezier laat fotograferen. De sfeer op een zwoele nazomeravond is moeilijk te omschrijven. Ontspannen, vriendelijk, oud en jong genietend van het lekkere weer (alsof dat een uitzondering is).
De Valenbisi's worden gelukkig goed gebruikt. Voor € 26 per jaar heb je een huurfiets ter beschikking, maar je kunt ze ook per dag(deel) huren. Overal zijn inleverplaatsen, waar je ook weer een fiets kunt meenemen. Zolang je niet langer dan een half uur per keer van de fiets gebruik maakt, hoef je niks bij te betalen. Met zo'n fiets op vakantie gaan zit er dus niet in.  Bij ons volgende bezoek aan Valencia gaan we het metronet eens goed uitpluizen. Bij zo'n beetje elk station uitstappen dus, dat soort dingen. Daar hebben we wel een paar dagen voor nodig. Je kunt in plaats van een hotel ook privé appartementen huren. Dat lijkt ons wel wat, want dan krijgen we ook een goede indruk hoe het is om in de stad zelf te wonen. Want inmiddels wordt onze verkoop website al flink bezocht, dus wie weet, hoe snel een en ander actueel gaat worden.....
Plaza Virgen (klik om foto te vergroten)




dinsdag 17 september 2013

Sagunto

Overblijfselen van Romeins fort van 200 v Chr
's Avonds om 21:00 u.moeten we onze consuegras (schoonouders van zoon of dochter) afhalen van het vliegveld in Valencia. Een mooie aanleiding om er een dagje Valencia van te maken, dus rijden we 's morgens al die kant uit. We spelen al jaren met de gedachte om ooit in Valencia te gaan wonen. Wanneer dan wel? Als de behoefte om een concert, een échte voetbalwedstrijd of een expositie te bezoeken sterker wordt dan de lust om een hectare oerwoud te maaien. Dus liever vandaag dan morgen! Laat me dit even nuanceren. We wonen met heel veel plezier op ons huidige stekkie en willen dit eigenlijk nog jaren voortzetten. Het onderhouden van zo'n lap grond kost weliswaar tijd en inspanning maar met één dag per twee weken kom je een heel eind. En uitbesteden zou ook nog een optie kunnen zijn. Maar dat er ooit een moment komt om afscheid te nemen van dit paradijsje staat vast. En dan is het de vraag in hoeverre je je daarop voorbereidt. Hoewel we best avontuurlijk zijn ingesteld, zijn we in dit opzicht tamelijk conservatief. Voordat we naar Spanje kwamen hebben we op veel plaatsen gekeken of we daar zouden willen wonen. In Frankrijk, Portugal, Italië en verschillende delen van Spanje. Toen de keuze uiteindelijk voor het noordelijke deel van de Costa Blanca was gemaakt, begon de periode van de fine tuning: Waar precies? In een urbanisatie of in de campo? Vlakbij zee of meer landinwaarts? Twee jaar heeft het die fine tuning geduurd. Twee jaar nadat we ons huis hadden verkocht, emigreerden we uiteindelijk pas definitief. Dat betekende dus dat we tijdelijk elders woonruimte moesten vinden.
We vonden een flatwoning vlak bij ons oude huis. Een nieuwe woonervaring en zeker geen negatieve. Daarnaast namen we de tijd om ons goed te vergewissen van de zaken waar je bij het kopen van een huis in Spanje op moet letten. Met driehonderd niet geregistreerde huizen in een dorp van net duizend inwoners kun je flink in de problemen komen als je je teveel door gevoel en minder door de ratio laat leiden. Dus spijt van onze omzichtige aanpak hebben we geenszins en daarom zijn we ons nu al aan het oriënteren op de volgende woon/levensfase met als sleutelwoord: minder onderhoud en meer grote-stad-cultuur. En Valencia is daarbij voor ons  the place to be. Maar om er ook te wónen is nog even de vraag. Misschien beter iets meer buitenaf en dan met de metro naar de stad. Zo hebben we de afgelopen jaren al gekeken in een aantal buitenwijken van Valencia. Daar werden we niet echt enthousiast van.
Toegang tot het amfitheater
Osdorp voelt ook iets anders dan het Leidseplein. Misschien in een van de omliggende steden die ook nog via het metronet met de binnenstad zijn verbonden. Gisteren hebben we gekeken in Sagunto, Puçol, Puig, Llería en Riba Roja. Onze conclusie is duidelijk en unaniem: never nooit! De omgeving van de laatste twee genoemde plaatsen in weliswaar mooi, maar ook die haalt het in de verste verte niet bij onze huidige plek. Maar de fine tuning is begonnen. Toen we gisteren van het eind van de dag weer in de binnenstad van Valencia neerstreken en op Plaza de la Reina achter de tapas zaten, werden we andermaal bevestigd dat in deze stad onze toekomst ligt. (meer daarover in het volgende blog).

Saguntum Forum Romanum
In Sagunto, een flinke stad, 25 km noordelijk van Valencia hebben we de heuvel beklommen, waarop een enorm fort staat, dat voor een groot deel dateert uit de Romeinse tijd. In 219 vóór Christus (!) vond het beleg en de verovering van Saguntum plaats door de Carthaagse generaal Hannibal. Hierna verklaarde Rome de oorlog aan Carthago en begon de Tweede Punische Oorlog.
in het gerestaureerde amfitheater
worden regelmatig voorstellingen gegeven
De restanten van het Forum Romanum, de muren, de zuilen, het amfitheater, de vele inscripties zijn indrukwekkend. Het idee dat op de plek waar ik sta ruim tweeduizend jaar geleden ook mensen druk waren met van alles en nog wat, blijft me fascineren. Maar wonen in een stad als Sagunto? Dat zien we niet gebeuren.
Net als in 2005 is de verkoop van de huidige woning het point of no return. Wat ons betreft mag die verkoop nog wel even uitblijven, maar we zijn er wel klaar voor......
Sagunto gezien vanaf het Romeinse fort

dinsdag 3 september 2013

Guadalest

De CV70 tussen Guadalest en Confrides. In de verte is het stuwmeer van Guadalest nog net zichtbaar

 Het is heerlijk nazomerweer en we besluiten om weer eens tochtje door het binnenland te maken. We gaan als eerste de Col de Rates over. Het uitzicht blijft indrukwekkend, zowel aan de kant van de Jalonvallei als aan de andere kant. We rijden door tot Callosa d'en Sarrià en slaan bij de rotonde rechtsaf richtingGuadalest (het bord is van onze kant af niet zichtbaar maar het staat er wel). Guadelest is een bergdorp, dat bijzonder in trek is bij toeristen. Je vindt er alles wat het toeristenhart begeert: terrasjes, souvenirwinkeltjes in overvloed en een miniatuurmuseum waar je met een vergrootglas doorheen moet. De artefacten zijn namelijk piepklein (het vrijheidsbeeld in het oog van een stopnaald, Picaso's Guernica geschilderd op een rijstkorrel, etc) Maar zoals dat met de meeste dorpen het geval is kan je er ook gewoon doorheen rijden en de prachtige weg vervolgen, zoals wij hebben gedaan.


Guadelest
Na Guadalest kom je langs de dorpen Confrides en Benissau. Voordat we in Alcoi uitkomen slaan we rechtsaf richting Gorga (op het bord staat Balones en Castell de Castells aangegeven). In Gorga kun je nog kiezen om terug te rijden over Castell de Castells of door te rijden naar Planes om via de Vall de Gallinera of de Vall de Alcala (Val d'Ebo) richting kust te rijden. En voor de échte spoorzoeker met een goede kaart dan wel GPS-verklikker zijn er nog een aantal alternatieven te vinden. Ze hebben echter allemaal één ding gemeen: bijna uitgestorven wegen slingerend door een adembenemend mooie natuur. Wij nemen de kortste weg via Balones, Famorca, Castells en Benigembla terug in het Jalondal. Een goeie honderd kilometer zonder een seconde verveling, maar met nog één wens: deze route een keer te fietsen. Dus wie zin heeft, melde zich. Desnoods doen we er een hele dag over....
Al vaak gezien maar nooit een déjà vue: de Jalonvallei vanaf de Col de Rates

dinsdag 27 augustus 2013

Bosbrand

Het was een bewolkte dag, warm, ietwat drukkend en windstil. De zon liet zich tussendoor soms nog wel even zien. Er was regen voorspeld, maar die kwam niet en dat terwijl ik 's morgens in Denia nog een enorme hoosbui over mij heen had gekregen. Was die maar bij ons gevallen.....
's Avonds om acht uur kijk ik vanaf het terras richting Alcalali of van die kant nog enige neerslag te verwachten is. Het begint net te schemeren. Ik zie laaghangende wolken met daartussen een wel heel laag hangend wolkje. Ik loop naar de muur en zie een minuscuul rookpluimpje opstijgen uit de dichte bossen op de heuvel tegenover ons. Welke idioot gaat er nu tuinafval verbranden? Maar.... daar woont niemand! Ik bel direct 112. Beginnende bosbrand in Lliber! Ik ben niet in staat om een goede plaatsaanduiding te verschaffen. (Achteraf  redenerend, had ik natuurlijk moeten zeggen: vlakbij het waterzuiveringsstation). De brandweer is onderweg, wordt mij verzekerd. Ik pak de auto en rijdt naar de vuilcontainers boven op de heuvel. Er staat een man te kijken naar de rookpluim die inmiddels niet meer te missen is. Er zijn ook al vlammen te zien. Heb je al gebeld? roep ik naar hem. Si,si!, antwoordt hij. In mijn korte broek loop ik zo hard als ik kan op mijn instappertjes het pad af richting de brandhaard.
Misschien kan ik nog wat met een takje meppen, denk ik naïef. En, nog belangrijker, misschien kom ik de brandstichter tegen, waarover in het dorp de nodige geruchten gaan. Ik ren langs de beide huizen die iets verderop staan. Van enig vuur is geen sprake. Het weggetje houdt daar echter op en ik volg het smalle spoor verder naar beneden, dat gebruikt wordt door mountainbikers en hikers. Het is niet breder dan een halve meter. Ik hoor geknetter maar zie nog niks. Intussen daal ik steeds verder af. Het geknetter vermengd zich met met het kenmerkende geluid van een loeiende vuurstorm. Het klinkt beangstigend. Maar de brand kan in zo'n korte tijd toch niet al zo uitgegroeid zijn, hoop ik tegen beter weten in. Dan zie ik het vuur onder mij woeden. Het is aangestoken, dat lijdt wat mij betreft geen enkele twijfel, ergens tussen dit paadje en het brede pad, waar je met de auto kan komen. Het loopt van de CV748 achter het dorp langs naar de CV745. De dader is vast langs dat pad gekomen en gegaan, waarschijnlijk met de auto*.
Om bij het vuur te komen - idioot die ik ben - moet ik het paadje verlaten en mezelf door de hoge struiken en bossages laten zakken. Als ik vlakbij ben besef ik dat hier door mij niets meer gedaan kan worden. Het is gelukkig windstil. Het vuurt raast en kolkt maar lijkt op de plaats rust te houden. De vlammen reiken tussen de dichte naaldboombegroeiing tot wel twintig meter hoog. Wegwezen hier! Maar terug omhoog klimmen naar het paadje is riskant, want vuur klimt ook makkelijk omhoog. Dus zijdelings baan ik mij een weg van het vuur af. Nou, dat heb ik geweten. Een en al braamstruiken, die me aan alle kanten met hun meterslange tentakels aanvallen. En het wordt nu echt stijl. Als ik hier naar beneden ga, realiseer ik me, breek ik straks nog mijn poot en dat ben ik letterlijk de sigarenpeuk. Terwijl ik verder strompel en kruip constateer ik dat het lawaai van het woedende vuur minder wordt. Een hele geruststelling.
Getroffen gebied. Bij de blauwe bol wonen wij. Klik om te vergroten
Uiteindelijk bereik ik redelijk gehavend de droge rivierbedding. Ik moet ineens denken aan Johnny Hoogerland. En aan die keer dat ik met mijn twee zwagers in Oostenrijk een hele berg nagenoeg loodrecht ben afgedaald omdat de skilift het niet meer deed. Na een paar honderd meter over de knobbelkeien van de rivierbedding gezwikt te hebben  - gôh, wat zijn die Geox instappers ineens soepel!;-( - kan ik via het talud omhoog klimmen richting het brede pad dat die pyromaniak waarschijnlijk ook gebruikt heeft. Als ik dichterbij kom, hoor ik stemmen. Ook dat nog, de Guardia Civil! Komt daar een halve gare onder het bloed de bosjes uit kruipen. Acht vraagtekenhoofden bekijken mij van top tot teen. Naast de Guardia Civil zijn er mannen van de rampenbestrijding  en een agent - gelukkig wel nét de goeie van de twee! - van de Policia Local uit Lliber.
 Ik noem mijn naam en leg uit dat ik als eerste gebeld heb. Een van de mannen bevestigt dat. Dat ik had gehoopt nog wat tegen het beginnende vuurtje te kunnen uitrichten. Nee, verder niemand gezien helaas. Na telefoon en nie-nummer te hebben achtergelaten, kan ik gaan. Of ik nog medische verzorging nodig heb? Welnee, ik drink thuis wel een goed glas!
Inmiddels heeft het vuur de top van de heuvel bereikt, maar is de blusactie ook goed op gang gekomen. Overal zien we bomberos op de smeulende helling klimmen met hun rode en witte lampjes. We horen hun stemmen zelfs, commando's worden geroepen. Helden zijn het, die hun leven wagen voor de een of andere idioot, die klaar komt bij een fik. Ze lijken zelfs het vuur onder controle te krijgen zonder de hulp van blusvliegtuigen, die niet in donker vliegen.

de geblakerde helling
De volgende dag zijn de blusvliegtuigen en -helikopters er wel, maar het vuur is dan al uit. De bomberos hebben flink doorgebuffeld vannacht. Nu gaat het slechts om nablussen. 'Ons' heuveltje is flink gehavend. Volgens mijn supergave app is er ruim 6 hectare bos in vlammen opgegaan. Met wind was de schade nog veel groter geweest. Voordat zo'n bos zich hersteld heeft met bomen zijn we twintig jaar verder. We zullen het voorlopig moeten doen met een brede strook lage begroeiing. Het leek dit jaar goed te gaan, maar het mocht niet zo zijn.




*Iemand toevallig rond acht uur gisteravond een oude, donkere BMW 5-serie zien rijden op de CV748 in de buurt van de zeehondencrèche of bij het bruggetje in Lliber?

vrijdag 23 augustus 2013

Postjandikkeme.....



Het postkantoor van Jalon, waar we vanaf 2007 al een postbus hebben.

In Nederland kun je ongeadresseerd drukwerk buiten de deur houden met een simpele NEE-NEE sticker. (Heb je katten dan plak je een NEE JA sticker). Zelfs geadresseerde reclamepost kun je afvangen door je te laten registreren bij Postfilter.nl
Zó anders werkt dat in Spanje. Zoals ik al eens eerder schreef, heeft het geen zin een gleuf in je poortdeur te zagen als je in de campo woont, er komt toch nooit een postbode langs. Daarom hebben de bewoners van de buitengebieden - toch ongeveer de helft van de bevolking - een postbus, een zogenaamde buzon of apartado. Voor de kattenbak halen wij wekelijks de gratis krantjes zoals The Post, Costa Blanca Zeitung en de De Week op bij de benzinepomp. Uiteraard lezen we wel eerst het lokale nieuws en de advertenties en daarna gaat hij op de stapel oud papier.
Een apartado in het postkantoor kost jaarlijks € 61 maar dan komt je post in ieder geval aan. Denk je! De nieuwe postregelgeving per begin dit jaar vereist nu namelijk dat de tenaamstelling op de brief exact overeenkomt met de oorspronkelijke gegevens op het formulier, waarmee je de postbus hebt aangevraagd. Zo niet, gaat de post retour afzender! En zonder dat je daarvan bericht krijgt. Dus b.v. onze postbus staat op naam van Michael Felix, Apartado Postal 168, 03727 Jalon. Als iemand nu naar hetzelfde adres een brief aan Bernarda Felix zou sturen…...jammer dan, retour! Dus, mensen, alle post aan Bernarda voortaan adresseren aan mij ;-)
Nu kun je tegen bijbetaling van € 40 per persoon meerdere personen toewijzen aan je postbus. Maar ook daarvoor geldt dat de naamgeving exact moet overeenkomen als aangegeven op het contract. Dus geen Mike of Ber of De Felixjes, want dat soort post gaat natuurlijk… retour! Zo heb je in ieder geval geen last van ongevraagde post, maar zelfs de welkome post zal in veel gevallen niet meer aankomen, zoals Susie Mandrake verhaalt in The Post van deze week. Ze is een actie begonnen tegen deze rigide regelgeving, die haaks staat op de geest van een publieke dienst zoals de post. Volgens haar is het de postbeambten zelfs niet toegestaan om gewoon hun eigen gezonde verstand te gebruiken. Toen Susie, die al 13 jaar zonder problemen een postbus heeft, ineens geen brieven meer kreeg, vroeg ze of er een probleem was met het postbusnummer. „Nee hoor, geen probleem!‘ was het antwoord, terwijl de medewerkers toen al twee maanden lang bijna élke dag post voor haar terugstuurden.
Of wij post missen? Ik heb niet de indruk en ik heb ook nooit gecheckt of de post die ik heb ontvangen correct tenaamgesteld was. Ik kan me eerlijk gezegd niet voorstellen dat zoiets in Jalon zou gebeuren. Susie vraagt in haar ingezonden stuk om soortgelijke ervaringen als de hare te melden, dus geef ik hierbij graag haar adres door: susiemandrake@gmail.com. Je zou het eventueel ook per brief kunnen proberen: Susan Mandrake, Apartado 4, Mojácar Pueblo, 04638. Schrijf nu dus niet aan Susie Mandrake, want dan heb je je steunbetuiging volgende week weer in je eigen buzon liggen. Tenzij je natuurlijk achterop als afzender Wim Jansen (in plaats van het officiële Willem Jansen) hebt geschreven…..

Ons huis - Finca Feliz - op Faceboek

zondag 18 augustus 2013

Het kost een Parcent, maar dan heb je ook wat....

Ik schreef het al vaker, dit deel van Spanje heeft zelden gebrek aan water. In de zes jaar dat we hier nu wonen hebben we nog nooit een rantsoenering meegemaakt. Toch heeft het al drie maanden niet meer geregend, wat zeg ik, het is al bijna drie maanden aan een stuk schitterend weer. De mooiste zomer voor ons tot nu toe, terwijl we over de vorige zomers ook niet echt te klagen hadden. Waterrantsoenering is hier in het verleden toch wel eens voorgekomen, maar sinds de verhaler vlak bij ons woont, hebben we geen problemen gehad. (Edwin, mocht je gaan verhuizen, we verhuizen met je mee) Het is hier ook niet voor niets zo groen!
Een van de leukste klusjes vind ik dan ook water halen. Eens in de zes weken gaan we met zo'n 25 grote flessen van 6 à 8 liter inhoud naar een bron om ze te vullen met koel, helder water uit...uit, ja waaruit eigenlijk? Overal in de bergen blijken in de loop der duizenden jaren ruimtes te zijn ontstaan, waar kalksteen door binnendringend regenwater is opgelost. Zo schijnt de Grot van Rull ook ontstaan te zijn. Afhankelijk van de geologische structuur eronder blijft er in die holtes vak water staan, dat zich langzaam filterend een weg naar beneden en naar buiten baant. Veilig om te drinken? Als je op je smaak af gaat wel. Lekkerder water is er niet te vinden, maar dat zegt natuurlijk niks. Daarom zetten veel gemeentes bij hun bron, dat het water niet drinkbaar is, no potable. Mijn Spaanse fietsmaatjes vullen rustig hun bidonnetjes bij zo'n bron. Op mijn vraag of ze niet bang zijn voor enge ziektes, antwoorden ze eensgezind dat de gemeente het bord slechts plaatst om zich in te dekken. En bovendien, zelfs met bilharzia kun je de Tour de France winnen, dus waar hebben we het over. De laatste jaren gingen we altijd naar Font de Gel maar dit keer gaan we naar Parcent, want daar komt volgens dezelfde fietsmaatjes prima water uit de berg en het is nog iets dichterbij ook.
Hoofdkantoor drinkwatervoorziening Parcent....
Als we aankomen staat er groot op een huisje, dat het hier de drinkwater voorziening van Parcent betreft maar als we de hoek om gaan naar de tapplaats staan we toch oog in oog met de waarschuwing agua no potable.
Er zijn twee tappunten en dat is handig, zijn we twee keer zo snel klaar. Het water is koel; er ontstaat direct condens op de buitenkant van de flessen. Andermaal bewijs dat het rechtstreeks uit de berg komt. Want er zijn ook tappunten waar het water verdacht naar chloor of anderszins chemisch smaakt, zoals in Castells en Orba. Daar zit gewoon de waterleiding aangesloten op een rustiek uitgehakte waterbak met dito koperen kraan.

Als de kraan afsluitbaar is, weet je eigenlijk al dat het hier niet om bronwater gaat. Wel drinkbaar maar niet te zuipen. Nee dan hier in Lliber. Het water uit de kraan was al niet te drinken, maar is nu ook al sinds ruim een maand niet langer drinkbaar. Volgens de verordening van de gemeente mag je er zelfs geen eten mee koken. Intussen drinken we gewoon koel, helder bergwater uit Parcent, dat dus ook niet drinkbaar is. Dus. beste lezers, als dit het laatste blog blijkt te zijn, weten jullie waaraan het ligt.....


donderdag 15 augustus 2013

Margarida

Margarida (het gele huis isrest.  l'Almasera)
Alleen al je naam klinkt zó mooi tussen alle Benidorpies en Benihuchtjes. Vandaag waren Bernarda en ik er weer op uit met de MX5 van Rob. Tijdens de vorige rit had Bernarda in het voorbijrijden van Margarida een enorm plakkaat gezien op de muren van dit pittoreske bergdorpje, want dat is het, voorstellende een vork, een mes en een bed. Conclusie, er moet daar een hotel/restaurant zijn. Op zich niet zo heel bijzonder, maar voor ons een reden te meer om het dorp de volgende keer eens écht te bezoeken. Doordat het, weliswaar goed zichtbaar maar niet aan de doorgaande weg ligt, rijd je er gemakkelijker aan voorbij, lijkt het wel.
Die volgende keer was dus vandaag. We reden via Sagra naar Pego en namen vlak voor Pego de afslag links omhoog naar Val d'Ebo. Ongelofelijk trouwens hoeveel fietsers er nog omhoog ploeteren met dit hete weer. In Val d'Ebo hebben we bij het restaurant langs de weg een tostada con tomate met een glas versgeperste jus besteld. Terwijl we daar zaten kwam er een twee Spaanse families aan op MTB's. Ze waren met z'n zessen, waarvan twee middelbare vrouwen en een man met de niet de meest afgetrainde lijven, om het beschaafd te zeggen. Een stevig geveerde MTB is voor hun geen overbodige luxe, zullen we maar zeggen. Kennelijk kwamen ze vanuit Petracos (slechte weg maar vrijwel vlak), want Pa, de pezige ploegleider legde tijdens het daaropvolgend familieberaad uit dat ze twee vervolgopties hadden: naar links, richting Margarida of naar rechts, richting Pego. Alsof de beul vraagt of liever onthoofd of gehangen wil worden. Ik hoop dat de dames genoten hebben van almuerzo want het zou zomaar hun galgenmaal geweest kunnen zijn. In ieder geval zullen ze dit tochtje niet licht vergeten, want welke keuze je ook maakt het is klimmen en niet zo'n beetje ook. En geen wolk aan de lucht, geen zuchtje wind en alleen maar die meedogenloze zon.
De eigenaar vroeg ons bij het afrekenen waar wij heen gingen.
'Naar Margarida'.
'Ben je al eens in de grot van Rull geweest?' vraagt hij.
'Is dat bij Benidoleig?' is mijn wedervraag. Daar is namelijk ook een grot.
'Nee, nee, hier verderop', en hij duwt me twee kaartjes in de handen.
'Hiermee betaal je drie in plaats van vier euro. Moet je écht doen, is prachtig!' en om zijn betoog kracht bij te zetten, voegt hij eraan toe: 'En als je het niet mooi vindt, kom je terug, dan krijg je van mij je geld terug!'
Omdat het nog te vroeg was voor de lunch, zijn we inderdaad de grot van Rull in geweest. Imposant en heerlijk koel daarbinnen. Zomer en winter precies 15° met een luchtvochtigheid van 100%. Ik vroeg hoe het hierbinnen was tijdens de Gota Fria. We moesten dan zeker nog eens terugkomen, zei de gids, want twee dagen ná die regenperiode regende het binnen in de grot bijna net zo hard als het buiten had gedaan en dat veroorzaakte indrukwekkende geluidseffecten.
c/Major,, Margarida
En zo kwamen we keurig tegen etenstijd Margarida binnen karren. Het dorp was zich aan het opmaken voor de feesten ter ere van de patroonsheilige. Ik heb me laten vertellen dat dat Edwin de Roy van Zuydewijn zou zijn. Geen idee hoe ze daar nou weer bij komen. In ieder geval was het restaurant l'Almàsera snel gevonden aan de rand van het dorp. We namen een tafeltje op het buitenterras, wat wel erg warm was, al zaten we onder de schaduw van een parasol. Binnen was de airco aan en het uitzicht is daar haast nog adembenemender. Voor een volgende keer dan maar, want die gaat zeker komen.
Ingang l'Almàsera
We krijgen een menukaart. Het dagmenu Margarida is € 16. Slik! Je kunt tussen de middag soms voor de helft klaar zijn. De ober legt uit dat het om een menu de degustacion gaat. Je krijgt dan van de hele kaart een proefje. Je kunt nog kiezen of je vis, vlees of gemengd wilt hebben. We gaan voor mixto en krijgen vervolgens een geweldig lekkere en uitgebreide warme lunch voorgeschoteld met gazpacho, salade, visschotel, sparerib en chocoladetaart met ijs na. En tóp klaargemaakt, mooie ingrediënten en geen massaproductie. Drank en koffie na zijn niet inbegrepen, maar de € 20 p.p. is het meer dan waard. Voor ons een nieuwe ontdekking na l'Estació in Bocairent, dat ook een fantastische ambiance kent, nog een stuk goedkoper is maar ook - eerlijk is eerlijk - wel iets minder kwaliteit levert. Beide restaurants zijn niet naast de deur, maar liggen juist op een mooie strategische afstand om halverwege de ontdekking van ons werkelijk schitterende achterland even lekker lunchpauze te houden. Met de nadruk op lekker.....